De vier thema's




Thema 1. Rijn/water, groen:
De Rijn (Alphen aan den Rijn doet haar naam eer aan). Groenstructuur (Alphen aan den Rijn ontwikkelt een stevig groen raamwerk in de openbare ruimte).

Bestaand Beleid
De Rijn loopt dwars door de stad. Op een aantal plekken is zij goed zichtbaar: vanaf de Rijnkade, het Rijnplein en langs de Oudshoornseweg. Langs de Rijn staan oude en nieuwe gebouwen die met de achterkant naar de rivier staan. Ze scheiden de straat van de rivier en maken deze voor voorbijgangers onzichtbaar. De Rijn is aanwezig, maar maakt geen echt onderdeel uit van het stedelijk weefsel en het stadsleven. Alphen BIJ de Rijn is een betere naam.

Alphen heeft een aantal mooie groengebieden als Zegersloot, Bospark, Dijksloot en Molenwetering. Deze zijn op zichzelf goed bruikbaar en voegen kwaliteiten toe aan de stad. Voor bewoners is juist dat groen een belangrijk onderscheidend kenmerk. Maar de gebieden vormen groene eilanden in de stad, die makkelijk te missen zijn en erg op zichzelf staan.

De Koers
De waterlopen van de Oude Rijn en Kromme Aar worden ontwikkeld tot de iconen van stedelijk Alphen aan den Rijn. De Rijnhaven wordt het nieuwe bruisende brandpunt van innovatie, geflankeerd door recreatie, watersport en bijzondere woon-werk-milieus. De bebouwing langs de Rijn richt zich op het water en maakt gebruik van die kwaliteit. De Rijn is overal zichtbaar en bereikbaar. Waterlopen als de Aar, de Dijksloot en de Molenwetering zijn belangrijke zijtakken. Alphen AAN den Rijn!
Bestaande groenstructuren worden afgemaakt en uitgebreid. Geïsoleerd liggende groenstructuren worden met elkaar verbonden (de Dijksloot met de Eisenhowerlaan, de Zegerplas via de Kromme Aar en de Rijn met de Molenwetering). Het Zegerplasgebied wordt actiever benut als het recreatieve hart van de stad, voor (water)sport, ontspanning, recreatief verblijf en ontspannen wonen.


Thema 2. Stedelijkheid, doelgroepen, wijken, kennis:

De Stad (Alphen aan den Rijn wordt definitief stedelijk). Doelgroepen (Alphen gaat doelgroepgericht ontwikkelen). Kennis en Innovatie (Alphen aan den Rijn richt zich op hoger opgeleiden als doelgroep)

Bestaand Beleid
Alphen bouwt voort op de in het verleden ingezette koers: rustige maar wat eentonige nieuwbouwwijken, geen al te opvallende gebouwen of plekken, de rust van de buitenwijk, wijk na wijk aangelegd naast elkaar zonder nadrukkelijk op historie of samenhang te letten, met een langzaam vergrijzende bevolkingssamenstelling. Voor stedelijke voorzieningen moet je in Leiden of Amsterdam zijn. Als je hard roept wordt een voorziening, zoals het skatepark, misschien toch gebouwd.
Alphen bestaat uit prettig leefbare wijken die gericht zijn op een doorsnee van de bevolking: afhankelijk van het type wijk en woning wonen er bepaalde doelgroepen. Wonen, werken, recreëren en winkelen zijn sterk van elkaar gescheiden in aparte gebieden. Wijken zijn wel wat eentonig: de ene heeft grote flats, de andere eengezinswoningen. Ook de bevolking is daardoor wat eentonig: hier veel ouderen, daar veel gezinnen, daar veel mensen met een hoog en weer elders met een laag inkomen. Alphense jongeren gaan naar andere plekken om te studeren en trekken om die reden weg uit Alphen. Alphen vergrijst langzaam. Voorzieningen missen draagvlak door gebrek aan een jong publiek. Alphen blijft een rustige gezinsbuitenwijk in de Randstad

De Koers
Een stad met dorpse plekken en kenmerken, maar met stedelijke allure en dynamiek. Dit uit zich in bijzondere architectuur en landmarks (bijvoorbeeld een bijzonder vormgegeven Maximabrug, De Fietspeer bij het nieuwe station Rijnhaven, kunstwerken), het zichtbaar maken van de cultuurhistorie (Romeinen bij de entree van de stad, oog voor oude bebouwing en structuren), een breder, maar ook specifieker voorzieningenaanbod en een gevarieerdere bevolkingssamenstelling.

Alphen zorgt voor menging van functies binnen wijken. De Gnephoek wordt ingezet voor bijzondere woonmilieus. Leegstaande kantoren en bedrijfsruimtes krijgen tijdelijk of definitief een nieuwe bestemming. Thuiswerk in woonwijken gestimuleerd als het geen overlast geeft. Starters, studenten, ouderen, ZZP-ers en (collectief) particulier opdrachtgeverschap krijgen hierin een bijzondere en ondersteunende rol. Regels worden versoepeld om dat alles mogelijk te maken.

De kennis en innovatie van de logistiek maken het mogelijk middelbaar en hoger onderwijs naar Alphen aan den Rijn te halen. Een onderwijsinstituut met leerwerkplaatsen en kennisontwikkeling trekt hoger opgeleiden naar de stad en bindt jongeren aan Alphen aan den Rijn. De Alphense bevolking wordt hiermee diverser en er is meer draagvlak voor voorzieningen. Alphen wordt een dynamische zelfstandige stad.

Thema 3. Groene Hart, contrast met platteland:
Stad en Dorp (Alphen aan den Rijn kiest voor een duidelijk contrast tussen stad, dorp en landschap) Groene Hart (Alphen aan den Rijn gaat het Groene Hart actief betrekken bij haar stad)

Bestaand Beleid
De stad groeit langzaam door steeds een klein stukje van het ommeland te bebouwen en dat op te nemen in de stad. De dorpen in de gemeente hebben geen echte onderscheidende kwaliteit, maar zijn wel prettig om in te wonen. Fiets-, vaar- en wandelverbindingen naar het Groene Hart zijn beperkt aanwezig en soms moeilijk te vinden.

Alphen benut haar prachtige ligging in het Groene Hart beperkt: verbindingen als de Molenwetering zijn weliswaar aanwezig maar niet allemaal even sterk doorgezet en geïntegreerd in den structuur van de stad. Het Groene Hart is soms moeilijk toegankelijk of leesbaar voor de stedeling. De activiteiten die er plaatsvinden hebben een beperkte toegevoegde waarde voor de stedeling. Alphen is een stad VLAKBIJ het Groene Hart.

De Koers
De stad wordt compact door de grenzen duidelijk af te bakenen en te bewaken, en uitbreiding binnen die grenzen te doen plaatsvinden. De dorpen zetten in op specialisatie (RijnWOWde richt zich op de unieke kenmerken van het water, MOLENAARlanderveen wordt een bijzonder pittoresk dorp in de Hollandse polder, ZORGerdam richt zich nog meer dan nu op de zorgmogelijkheden die het dorp biedt en BOS te Koop spreekt voor zich. Het landschap krijgt meer gebruiksmogelijkheden door nieuwe verbindingen, voorzieningen en activiteiten.

Er komen meer en betere verbindingen tussen stad en ommeland. Het Groene Hart krijgt betekenis als energieleverancier, voedselproducent en recreatief uitloopgebied voor de stedeling. De grenzen van de stad zijn geen barrières meer maar toegangspoorten naar het buitengebied. Verbindingen worden versterkt en gebruiksmogelijkheden vergroot. Alphen ligt MIDDENIN het Groene Hart.

Thema 4. Bereikbaarheid, auto(luw):
Bereikbaarheid (Alphen aan den Rijn gaat de interne en externe bereikbaarheid bevorderen), De Auto (Het centrum wordt autoluw).

Bestaand Beleid
Alphen benut haar strategische ligging matig door een boemeltrein over enkel spoor naar de grote steden van de Randstad, vastlopende verbindingen met N207, A12 en A4 en een stedelijk wegennet dat langzaam vastloopt. De ringweg rondom Alphen is half af waardoor veel autoverkeer door stad en wijken blijft rijden. Fietsverbindingen zijn goed ontwikkeld maar niet altijd optimaal met elkaar verbonden.

De winkelcentra en het Stadshart zijn goed bereikbaar met de auto. Er is volop parkeergelegenheid op pleinen en in straten. De inrichting van de openbare ruimte en de centra is gericht op het zoveel mogelijk ten dienste staan van de auto. Mogelijke mooie gebieden zijn opgeofferd aan parkeervelden voor de auto.

De Koers
Hoogwaardig (regionaal) openbaar vervoer met snelle verbindingen over dubbel spoor naar de grote steden zorgt voor het benutten van de strategische ligging. In de stad krijgt de fiets voorrang en prioriteit. De ringweg wordt afgerond en Alphen aan den Rijn richt haar blik daarbij ook op het noorden en oosten: de booming ‘Bandstad’ (A2 zone Amsterdam, Utrecht, Eindhoven).

Het parkeren wordt zoveel mogelijk uit het straatbeeld geweerd. Pleinen en parken worden meer uitnodigend ingericht als ontmoetings- en verblijfsgebieden. Er ontstaat plotseling veel nieuwe ruimte in de stad die voor allerlei activiteiten en voorzieningen zou kunnen worden ingezet. De openbare ruimte wordt ingericht op voetgangers en fietsers. De aanloopstraten herwinnen hun oude uitstraling.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten